Betere toepassing slachtofferstatuut mensenhandel in stedelijke prostitutiezones 2021
De lokale politiediensten van grote steden — in het bijzonder in Brussel met zijn meerdere zones — moeten het slachtofferstatuut mensenhandel beter toepassen en bij de interceptie van een mogelijk slachtoffer van mensenhandel de gespecialiseerde cel mensenhandel contacteren voor de verdere afhandeling en slachtoffers beter doorverwijzen naar de gespecialiseerde centra. Daarvoor hebben de gespecialiseerde cellen mensenhandel extra recherchecapaciteit nodig. De lokale overheden moeten ook rond het slachtofferstatuut mensenhandel worden gesensibiliseerd.
Vaak worden controles uitgevoerd door lokale politieagenten die weinig expertise hebben inzake mensenhandel en het slachtofferstatuut niet kennen. Ze hebben de gewoonte om mensen zonder papieren te viseren, om ze over te laten brengen naar een gesloten centrum voor repatriëring of "een bevel om het grondgebied te verlaten" te laten afleveren. Uitgerekend bij minderjarige Nigeriaanse slachtoffers die geen identiteitsdocumenten hebben stellen agenten vaak geen vragen over de leeftijd van deze personen, terwijl de Nigeriaanse madammen en hun handlangers bij dergelijke controles niet verontrust worden, omdat zij wel over (valse) identiteitsdocumenten beschikken.
De lokale overheden van de steden en gemeenten moeten hun opdrachten vaak uitvoeren met beperkte middelen, al ontheft dat hen niet van hun verantwoordelijkheid. Daarnaast moeten zij doortastend worden geïnformeerd dat volgens de bestaande regelgeving mogelijke slachtoffers van mensenhandel naar de gespecialiseerde opvangcentra moeten worden doorverwezen en niet mogen worden behandeld als mensen zonder papieren in het kader van een irregulier verblijf. Ook al is mensenhandel een federale materie, de lokale besturen mogen het niet alleen benaderen met het oog op overlastbestrijding.