Het Centrum beveelt aan om geen integratiecriterium in de brede zin van het woord in te voeren in het WBN. Het Centrum beveelt wel aan om in de nationaliteitsprocedures een dispositief te ontwikkelen dat het mogelijk maakt om een zeker niveau van taalcompetentie aan te tonen, als bepalend element bij de uitoefening van politieke rechten. Het Centrum beveelt aan om op de eerste plaats de bewijsmiddelen te benoemen waarmee dat niveau kan worden aangetoond. Subsidiair hieraan kan het niveau van taalkennis met een taalproef worden aangetoond. Voor bepaalde personen met leermoeilijkheden moet de vrijstelling hiervan geboden worden.