Bij een verhoor moeten de Vietnamese smokkelslachtoffers worden bevraagd over mogelijke uitbuiting onderweg en in België, zodat de link kan worden gelegd tussen mensensmokkel en mensenhandel. Daarbij kan er ook worden gevraagd voor wie en hoe de smokkelleningen geregeld zijn. Daaruit kan blijken in welke schrijnende omstandigheden de slachtoffers zaten en hoe zij een heel kwetsbare slachtoffergroep vormen zonder agency  (vrijheid van handelen of zelfbeschikkingsrecht). Dat kan daarnaast  een grote meerwaarde in het onderzoek vormen.

Wanneer de feiten van debt bondage in België plaatsgevonden hebben, kan op basis van bijkomende onderzoeksdaden het volledige criminele netwerk met alle vertakkingen worden ontmanteld of een ander gelieerd  mensenhandelnetwerk worden opgespoord. In het Essex-dossier bleek uit de verhoren dat een smokkelslachtoffer vanuit een safehouse via een smokkelaar uitgebuit werd in een restaurant en een ander in de huishoudhulpsector. Deze gegevens zouden dan soms kunnen leiden tot de start van een nieuw onderzoek inzake mensenhandel. De feiten van debt bondage in andere landen waarvoor België zelf niet bevoegd is kunnen op hun beurt relevante informatie opleveren in het kader van internationale samenwerking en informatie-uitwisseling.

Hiermee kunnen ook de eerstelijnsdiensten, de magistratuur en de beleidsactoren worden gesensibiliseerd rond de bestaande linken tussen mensensmokkel en mensenhandel en de kwetsbare positie van deze smokkelslachtoffers. Daarnaast kan dat ook de complexe structuren blootleggen van netwerken waarbij het smokkelsysteem gelieerd zou kunnen worden met de uitbuitingsstructuren van debt bondage en soms gekoppeld kan worden aan het maffieuze kredietsysteem.