De rechtbank sprak zich uit over een zaak van mensensmokkel met verzwarende omstandigheden met twaalf beklaagden, allemaal met Albanese banden. De feiten die door de rechtbank beoordeeld werden dateerden van 1 augustus 2018 tot 25 september 2019.

Uit politionele informatie kwam naar voren dat een hotel in Gent zou fungeren als transitplaats/safehouse voor Albanezen die via illegale transporten de oversteek naar het Verenigd Koninkrijk wensen te maken. Met de goedkeuring van de bevoegde magistraat is gebruikgemaakt van undercoveragenten om zicht te krijgen op de mogelijke criminele organisatie(s). De undercoveragent kwam onder meer in contact met de vierde beklaagde die onder een afluistermaatregel werd geplaatst. Na de telefoontap, een Europees onderzoeksbevel en verhoren van de beklaagden zijn twaalf personen geïdentificeerd die in deze zaak terechtstonden.

De beklaagden wordt deelname aan de besluitvorming van een criminele organisatie en/of leider zijn binnen een criminele organisatie ten laste gelegd, net als mensensmokkel en poging tot mensensmokkel met verzwarende omstandigheden. De rechtbank acht het bewezen dat de beklaagden deel uitmaakten van twee criminele organisaties, waarbij verschillende linken tussen beide organisaties bestonden. De leidinggevende figuren bevonden zich enerzijds in het Verenigd Koninkrijk en anderzijds in België of zelfs tijdelijk in Albanië. Vanuit deze plaatsen stuurden zij een netwerk aan waarbij personen de grens met het Verenigd Koninkrijk over gesmokkeld werden. De personen werden meestal alleen of per twee ondergebracht in de cabines van vrachtwagens of in personenwagens, hoewel de mogelijkheid om transporten via boten en/of jachten te organiseren ook werd besproken. Voor een volledig smokkeltransport vanuit Albanië naar het VK werd 15.000 euro per persoon gevraagd.

De rechtbank veroordeelde de beklaagden voor de tenlastelegging mensensmokkel met verzwarende omstandigheden. Omdat de verzwarende omstandigheid “dat het misdrijf werd gepleegd dat het leven van het slachtoffer opzettelijk of door grove nalatigheid in gevaar werd gebracht” alleen uit een objectief feit kon worden vastgesteld, waarbij niet duidelijk werd aan wie dat specifieke transport toegewezen kon worden, werd deze verzwarende omstandigheid niet in rekening gebracht.

De rechtbank veroordeelde eveneens de beklaagden die meenden in ruil voor hun eigen transport naar het Verenigd Koninkrijk mee te werken.

De beklaagden werden voor de feiten van mensensmokkel met verzwarende omstandigheden en poging tot mensensmokkel veroordeeld tot gevangenisstraffen tussen veertig maanden en acht jaar, tot geldboetes tussen 40.000 euro en 1.632.000 euro, waarvan een deel van de som met uitstel en een bijzondere verbeurdverklaring van vermogensvoordelen tussen 625 euro en 194.000 euro.

Alleen de derde beklaagde heeft beroep aangetekend. Zijn veroordeling werd bevestigd door het hof van beroep van Gent in een arrest van 26 oktober 2021. Wel heeft het hof zijn straf verminderd.